Maetroosjes opwecker
Op, op, maetroosjen op, ghy die legt op u kant, Vol sluymers ende vaeck, eer dat u scheepken strant: Hoort toe wat out wat nieus, u wacht die salt u seggen, Elck past nu op zijn tuych, of ghy meucht niet afleggen
Gedrukt boek
Kritiek op het Twaalfjarig Bestand met maritieme beeldspraak.