De Maatschappij tot bevordering der toonkunst is al 175 jaar een zeer gewaardeerde factor in het Nederlandse muziekleven. Er zijn bijvoorbeeld de Toonkunstkoren die een belangrijke bijdrage aan de nationale concertpraktijk leveren. Maar wat stelde men zich voor toen men in 1829 begon met het bevorderen der toonkunst? Deze studie richt zich vooral op de compositieprijsvragen die Toonkunst vanaf de oprichting in 1829 gedurende enkele decennia uitschreef. Het bevorderen van het vaderlandse componeren werd van meet af aan als de belangrijkste werkzaamheid gezien. Ook andere activiteiten worden behandeld, zoals de muziekfeesten, de ondersteuning van het muziekonderwijs en de uitgave van oude muziek, en bovendien gerelateerd aan de algemene ontwikkeling van het Nederlandse muziekleven. Aandacht is er ook voor thema's als de verhouding tussen professionele musici en amateurs, de ethische en esthetische werking van muziek.