De leermeester van de jongen Didam, meneer Sterrenplukker probeert altijd goede daden te verrichten, maar onbedoeld pakken die vaak verkeerd uit. Didam heeft wel geleerd om zijn meester niet tegen te spreken, ook al kost hem dat soms grote moeite. Daarom helpt hij mee met het 'bevrijden' van een paard, dat nietsvermoedend staat te grazen in een weiland. Boeren denken dat ze paardendieven zijn, en ze worden in de gevangenis gestopt. Eenmaal vrij maakt Sterrenplukker weer diverse blunders, maar soms heeft hij ook geluk. Stenen in een oude schaapskooi herkent hij als goudklompen. De vondst die hij netjes aanmeldt bij de politie, wordt door niemand opgeëist. Aan het eind van het verhaal zijn Sterrenplukker en Didam rijk. Met het ene goudklompje dat Sterrenplukker heeft gehouden, laat hij een huis bouwen voor zichzelf en Didam.