Het eerste deel van een serie verhalen over een twaalfjarig meisje uit Kopenhagen, haar vriendin en haar vader. Leontien leeft na haar moeders dood alleen met haar vader, die omdat hij geen werk heeft, moeite heeft om het hoofd boven water te houden. Als bij een schipbreuk een man wordt gered, blijkt het de broer van haar vader te zijn, die altijd had gedacht dat zijn broer jaren geleden was overleden. Oom Torben lijkt ook al geen cent te bezitten, maar dat blijkt later maar schijn. In werkelijkheid is hij een vermogend man, die zijn kapitaal in Australië verdiend heeft. Door zich voor te doen als 'arm' wilde hij zijn broer op de proef stellen. Omdat oom Torben ook welkom bij zijn broer was, als arme drommel, is hij overtuigd van diens oprechtheid. Torbent koopt daarom een kruidenierszaak voor zijn broer, waarmee hij diens lievelingswens vervult.